17 april 2021, leestijd 4 minuten
Geld heeft meerdere functies. Het wordt gebruikt als ruilmiddel voor producten en diensten en als spaarmiddel om te voorzien in een buffer voor de toekomst. Geld is ook een rekeneenheid om waarden en prijzen tot uitdrukking te brengen. Transacties vonden in het verleden alleen plaats in contant geld. Sinds de automatisering en de invoering van elektronisch betalingsverkeer, vinden transacties steeds meer giraal plaats. De meeste mensen kunnen tegenwoordig beschikken over een bankrekening om giraal betalingstransacties te doen en om te sparen, hoewel de toegankelijkheid tot het bancaire systeem van land tot land verschilt.
Surinaamse banken verhinderen sinds mensenheugenis een groot aantal Surinamers om een bankrekening te openen. Dat voorrecht hebben alleen personen met een vast maandelijks inkomen van een werkgever. Er is geen enkele goede reden om andere personen de toegang tot het financiële systeem te ontzeggen. Volgens de bankiers is het probleem dat van andere personen de herkomst van hun geld niet kan worden vastgesteld. Dat is geen goede reden. Wanneer zij giraal geld ontvangen, bijvoorbeeld van familie in het buitenland, dan is de legaliteit daarvan al vastgesteld door de andere bank. De Surinaamse bank mag dan vertrouwen op de procedures van de andere bank. Wanneer zij cash geld willen storten, dan kan de bank toetsen of de bedragen in redelijke verhouding staan tot bijvoorbeeld de professionele activiteiten van de klant. Ook veel personen zonder werkgever genereren overigens een inkomen dat giraal op de bankrekening kan worden gestort.
Helaas hebben alle inspanningen van individuen en belangenorganisaties de afgelopen decennia er niet toe geleid dat de Surinaamse banken er serieus werk van hebben gemaakt om deze discriminatoire uitsluiting weg te nemen. In een artikel in Dagblad Suriname wordt Steven Coutinho, ceo van De Surinaamsche Bank, geciteerd: ‘We wachten hals over kop zaken te versoepelen’. De mogelijkheid versoepelen voor mensen om een rekeningnummer te kunnen openen bij banken zou volgens Coutinho niet iets zijn dat zomaar van de ene op de andere dag kan. ‘Hals over kop’ en ‘zomaar van de ene op de andere dag’ zijn eufemismen. Er wordt al vele jaren om gevraagd. De banken leveren door deze halsstarrige houding en onkunde een belangrijke bijdrage aan de instandhouding van het cash-verkeer en de informele economie. Zij belemmeren de economische ontwikkeling van Suriname.
Banken verrichten voor hun klanten ook internationale betalingen. Daarvoor houden banken in Suriname bankrekeningen aan bij buitenlandse banken, vooral in de landen waarmee Surinaamse ondernemingen zaken doen, zoals de Verenigde Staten en Nederland. Deze buitenlandse banken worden correspondent banken genoemd. Zij zijn bereid om voor Surinaamse banken een rekening aan te houden en transacties uit te voeren, wanneer zij daarvoor een redelijke vergoeding ontvangen en de risico’s niet te groot zijn. De risico’s betreffen vooral het witwassen van crimineel geld en financiering van terrorisme. De sancties van overheden voor banken die hun controles niet op orde hebben zijn streng.
Suriname had al geen goede reputatie op dit terrein. De National Risk Assessment onder leiding van mevrouw Jennifer van Dijk-Silos, heeft het er niet beter op gemaakt. Hoewel nog geen openbare rapportage beschikbaar is, blijkt dat de resultaten zorgelijk zijn. Suriname wordt geteisterd door drugshandel, corruptie, fraude, omkoping, illegale goud- en houthandel en belastingontduiking. Het gemak waarmee dit kan gebeuren, wijst erop dat de corruptie tot ver in de overheid is doorgedrongen. De onderwereld en de bovenwereld zijn verweven. Het is niet onaannemelijk dat ook een belangrijk deel van de geldstromen via de banken hierdoor is besmet. Dat is aanleiding voor de buitenlandse correspondent banken om hun relatie met de Surinaamse banken te heroverwegen en eventueel op te zeggen, omdat de risico’s te groot zijn geworden. Men spreekt in dit verband over de-risken.
Terwijl de Surinaamse banken er weinig moeite mee hebben om goedwillende klanten de toegang tot het financiële systeem te ontzeggen, lijken zij zich onvoldoende bewust van de omstandigheden die ertoe leiden dat correspondent banken afscheid van hen zouden willen nemen. De bankiers spreken veelal in lovende woorden over de inspanningen die zij plegen om aan alle regels te voldoen om witwassen en crimineel geld te bestrijden. Over de werkelijke situatie wordt vergoelijkend en in bedekte termen gesproken. Maar laat hen de situatie eens bezien door de bril van de buitenlandse bankier. Die is zich niet alleen bewust van de uitkomsten van de Surinaamse National Risk Assessment, maar weet ook dat de Centrale Bank van Suriname technisch failliet is, geen deviezenreserves heeft en de jaarcijfers na 2015 nog niet heeft gepubliceerd, dat de jaarverslaggeving van de meeste Surinaamse banken nog niet aan internationale vereisten voldoet, dat de grote banken hun jaarcijfers doorgaans veel te laat publiceren, dat de Surinaamse overheid inmiddels als wanbetaler wordt aangemerkt en dat de bestuurlijke controleorganen van de overheid al jaren niet goed functioneren. Alle aanleiding dus om de rol als correspondent bank van een Surinaamse bank nog eens tegen het licht te houden.
Naar mijn mening hebben de Surinaamse bankiers geen goede argumenten om personen zonder vaste werkgever een bankrekening te weigeren. Wanneer dat nu eindelijk na vele jaren eens goed geregeld wordt is dat niet ‘hals over kop’ en ‘zomaar van de ene op de andere dag’, maar ‘de hoogste tijd’ en eigenlijk ‘tergend langzaam’. Het zou een kwestie van weken moeten zijn om dat in orde te maken. De banken zouden zich wel serieus zorgen moeten maken over het imago van Suriname in de internationale financiële wereld en de risico’s die dat heeft voor het voortbestaan van de resterende relaties met correspondent banken. Deze zouden hals over kop, zomaar van de ene op de andere dag kunnen besluiten om de relatie op te zeggen. De gevolgen zijn desastreus. Stelt u zich eens voor dat geen internationaal betalingsverkeer mogelijk is. De fragiele Surinaamse economie komt dan geheel tot stilstand.
Gepubliceerd in Dagblad Suriname en in De West