Misbruik van de monetaire autoriteit

Paars clubhuis van een criminele organisatie

22 februari 2022, leestijd 6 minuten

De veroordeelden in de affaire rond de Centrale Bank van Suriname (CBvS) zeggen niet te weten wat zij hebben misdaan. Hun advocaten bepleiten hun onschuld, soms op merkwaardige formele gronden. Alles wat betrokkenen deden was volgens hen in het landsbelang en zij zouden er zelf niet beter van zijn geworden, maar zo makkelijk komen zij hier niet mee weg. De veroordeelden hebben de CBvS en de Surinaamse samenleving op grove wijze benadeeld teneinde in de onbeperkte geldbehoefte van de toenmalige regering te voorzien. Wat zijn eigenlijk de taken van een centrale bank en op welke wijze hebben betrokkenen met hun handelen de regels overtreden? 

Een centrale bank functioneert geheel zelfstandig en onafhankelijk van de overheid. Zij brengt geld in omloop, bevordert het betalingsverkeer en stabiliseert de waarde van de munt. De centrale bank is bankier van de Staat. Om de stabiliteit en continuïteit van de centrale bank te garanderen zijn andere activiteiten ten strengste verboden. Zo mag een centrale bank, specifieke uitzonderingen daargelaten, geen leningen of kredieten verstrekken, ook niet aan de Staat. Een centrale bank mag niet beleggen in onroerend goed anders dan voor eigen gebruik, of in andere niet-waardevaste activa. Een centrale bank zet haar tegoeden alleen uit bij andere banken met een hoge kredietwaardigheid of in ‘goudgerande’ waarden, zoals edelmetalen.

Een overheid heeft inkomsten uit belastingen, accijnzen en royalty’s en kan hiermee ambtenarensalarissen en sociale uitkeringen betalen, scholen en wegen onderhouden en ziekenhuizen van hulpmiddelen voorzien. De inkomsten moeten voldoende zijn om de uitgaven te betalen. Wanneer dat niet zo is kan de overheid geld lenen, bijvoorbeeld door obligaties uit te geven. Tot zover de theorie. Nu de praktijk, zoals deze kennelijk is geïnitieerd en gestimuleerd door de voormalige minister van Financiën. Het heeft er alle schijn van dat de CBvS in het geheel niet zelfstandig en onafhankelijk van de overheid functioneerde. De ex-minister had een vinger, zo niet alle vingers, in de pap bij de CBvS.

In de eerste regeerperiode onder de vorige president ging het economisch relatief goed in Suriname. De regering strooide royaal met gunstige regelingen en voorzieningen maar vergat buffers op te bouwen voor mindere tijden. De regering ontwikkelde evenmin een bredere inkomstenbasis en bleef daardoor sterk afhankelijk van de royalty’s uit olie en goud. Toen het in 2015 economisch niet langer voor de wind ging en de prijzen van olie en goud dropten, zat de regering met een probleem. De uitgaven waren flink opgelopen en de inkomsten vielen grotendeels weg. De voormalige minister van Financiën zag geen andere uitweg dan buitensporig te lenen, ook bij de CBvS. De verboden monetaire financiering werd nieuw leven ingeblazen. De rechter schimpt op deze onwettige blanco kredietverlening.

De ex-minister van Financiën betrok vanaf 2015 de algemene banken bij de financiering van de Staat en regelde financiële constructies via de CBvS. Een deel van de kasreserve in vreemde valuta werd vrijgegeven zodat banken vreemde valuta tijdelijk konden verkopen aan de CBvS, de zogenoemde valutaswaps. De verkregen SRD werden door de algemene banken door aankoop van schatkistpapier tijdelijk uitgeleend aan de Staat ter financiering van het begrotingstekort. De koersen voor de verkoop en latere terugkoop van vreemde valuta waren gelijk, terwijl de renteverschillen groot waren, waardoor de CBvS over 2015, 2016 en 2017 een verlies leed van SRD 1,2 miljard. De CBvS gebruikte de vreemde valuta van de banken voor andere doelen en kon deze op einddatum niet terugbetalen. De valutaswaps bleven onbedoeld jarenlang doorlopen. De Staat kon evenmin aan zijn betalingsverplichtingen voldoen. De CBvS raakte technisch failliet en de banken zaten opgescheept met een dubieuze vordering op de CBvS en een dubieuze vordering op de Staat.

De regering wilde bezittingen van de Staat te gelde maken en liet in 2019 een adviseur inschakelen door de CBvS om bepaalde posten te waarderen. Het is vanzelfsprekend ontoelaatbaar dat de CBvS een adviseur aanstelt voor euro 2,5 miljoen en betaalt voor werkzaamheden die voor de Staat worden uitgevoerd. Een deel van de werkzaamheden tot een bedrag van euro 625.000 werd uitbesteed aan Orion Assurance & Advisory, het eigen bedrijf van de toenmalig governor van de CBvS en zijn zakenpartner, een duidelijk geval van belangenverstrengeling en corruptie. Hiermee werden onder meer leningen van Orion en de echtgenote van de governor afgelost.

Dat de voormalige minister van Financiën zijn hand niet omdraaide voor list en bedrog, bleek toen hij enerzijds de toekomstige goudroyalty’s als zekerheid wilde stellen voor de USD 125 miljoen staatsobligatie en anderzijds wilde verkopen aan de CBvS om de schuld van de Staat te verlagen. De royalty’s werden eind 2019 verkocht aan de CBvS voor USD 300 miljoen, toen ongeveer SRD 2,2 miljard. De koopsom werd door de CBvS echter niet in mindering gebracht op de vordering op de Staat maar betaald aan de Staat, zodat de regering ook deze middelen kon verkwisten. De rechter noemt dit ambtsverduistering en gekwalificeerde verduistering. Doordat de royalty’s niet als zekerheid werden gesteld voor de obligatie, werd de rente contractueel met drie procent verhoogd. De voormalige minister werd een dure kostganger. 

Het aantal keren dat door de autoriteiten in het verleden werd gelogen dat geen sprake was van monetaire financiering was niet bij te houden, maar er is al jarenlang continu sprake van omvangrijke monetaire financiering. Ook de huidige regering stelt dat niet langer monetair wordt gefinancierd. Bedoeld wordt natuurlijk dat geen nieuwe monetaire financiering plaatsvindt, maar de oude monetaire financiering is nog lang niet uit de boeken. De CBvS heeft begin 2022 bruto ruim SRD 10 miljard te vorderen op de Staat, ook omdat de verliezen uit voorgaande jaren niet op het eigen vermogen in mindering zijn gebracht maar als vordering op de Staat zijn verantwoord.

Er werd geen mogelijkheid onbenut gelaten om de regering met een gat in de hand van geld te voorzien. De CBvS en de Staat kwamen overeen dat de CBvS zeventien panden van de Staat zou kopen, geheel in strijd met de Bankwet die dit expliciet verbiedt. De CBvS betaalde de Staat de tegenwaarde van euro 105 miljoen, SRD 869 miljoen, voor panden waarvan de werkelijke waarde niet goed was vastgesteld. Van acht panden bleek later dat deze niet op naam stonden van de Staat maar van enkele onbekende vennootschappen, stichtingen en particulieren. Bij betaling van de koopsom vond geen eigendomsoverdracht plaats. De CBvS is nooit juridisch eigenaar van alle panden geworden.

De geldbehoefte van de vorige regering was onverzadigbaar. Omdat de mogelijkheden om aan geld te komen uitgeput raakten, heeft de CBvS – vermoedelijk in ‘goed overleg’ met de ex-minister van Financiën – in 2019 de kasreserveregeling aangepast. Onder voorwendselen zijn de banken ervan overtuigd dat het acceptabel en verantwoord was om ook de kasreserve in vreemde valuta, die bij buitenlandse banken was uitgezet, naar de CBvS over te brengen. Wat slechts een enkeling verwachte gebeurde. Begin 2020 bleek dat van USD 430 miljoen aan kasreserve zo’n USD 100 miljoen was gebruikt (lees: gestolen) voor uitgaven van de overheid. Daarnaast was ook nog eens eenzelfde bedrag aan deposito’s van bedrijven misbruikt voor de bestedingsdrift van de regering. De grotendeels ongedekte schuld aan de banken in vreemde valuta leidde bij de waardedaling van de SRD – 7,5 in één USD begin 2020 naar 21,5 in één USD eind 2021 – tot een verlies van SRD 4,3 miljard over 2020 en 2021. 

De paarse partij die verantwoordelijk is voor dit rampzalige beleid waardoor Suriname aan de rand van de financiële afgrond is geraakt, maakt zich volstrek belachelijk met het voornemen om op de dag waarop in 1980 de staatsgreep van de balorige soldaten plaatsvond, een manifestatie te plannen. ‘Deze manifestatie is bedoeld om een signaal te geven aan de regering, dat zij de ingeslagen weg wijzigt, het desastreuze beleid ombuigt en de verarming binnen de samenleving stopt.’, schrijft men hypocriet. Deze lieden zijn kort van geheugen en beperkt van begrip. Hun partij is geheel en al verantwoordelijk voor het desastreuze beleid en de daaruit voortvloeiende verarming van de samenleving, die de huidige regering tracht weg te nemen. 

De rechter oordeelde om begrijpelijke reden dat door de wijze van samenwerking van de veroordeelden in de paarse invloedssfeer sprake was van een criminele organisatie, die schade heeft berokkend aan het imago en de betrouwbaarheid van de CBvS en het financieel welzijn van de samenleving. Het aflossen van de Staatsschuld die onder paars is opgebouwd, gaat vele jaren duren. Hiervoor draait het Surinaamse volk als belastingbetaler op, het volk waarvoor paars huichelt zich te bekommeren.

Gepubliceerd in De West