Wat heeft de regering-Santokhi bereikt?
13 april 2021, leestijd 6 minuten
De regering-Santokhi stelde medio juli 2020 het regeerakkoord op. De regeertermijn van vijf jaar werd opgedeeld in een urgentiefase van negen maanden, een stabilisatiefase van vierentwintig maanden en tot slot een ontwikkelings- en moderniseringsfase. In de urgentiefase zouden de ‘directe en meest noodzakelijke maatregelen’ worden getroffen, gericht op aanpak van de financieel-economische crisis en beheersing van COVID-19, toegang tot de basisgezondheidszorg, normalisatie van het onderwijs onder COVID-19, een sociaal vangnet voor kwetsbare groepen, stimulering van de economische bedrijvigheid, versterken van instituties van goed bestuur en toezichthoudende organen, bevorderen van de veiligheid, corruptiebestrijding, wettelijke regelingen voor beleidsuitvoering, en inventarisatie van de infrastructurele voorzieningen. De urgentiefase is voorbij, dus het is tijd voor een evaluatie.
De ambities waren groot en de regering heeft haar hand overspeeld door te veel te willen in te weinig tijd. De regering heeft er dikwijls op gewezen welke puinhoop de vorige regering heeft achtergelaten. Dat kan geen verrassing zijn geweest. In de aanloop naar de verkiezingen in mei 2020 werd met de nodige verkiezingsretoriek een beeld geschetst van de rampzalige situatie die is veroorzaakt door de vorige regering en de wijze waarop dat slagvaardig zou worden aangepakt. Is de nieuwe regering daarin geslaagd? Er zijn goede plannen gemaakt maar het zal nog veel tijd vragen om deze geheel te realiseren. Suriname is financieel afhankelijk van het IMF. De instemming van het IMF met deze plannen is nodig voordat er een cent wordt overgemaakt.
De leden van De Nationale Assemblée zullen de regering bevragen over de realisatie van de plannen voor de urgentiefase, die thans is afgerond. Daarbij zal blijken dat nog niet veel voortgang is bereikt die voor de Surinaamse burger het dagelijks leven dragelijker maakt. De prijzen in de winkels zijn gestegen, de salarissen zijn nauwelijks verhoogd. De officiële koers van de Amerikaanse dollar is ruim 14 Surinaamse dollar, terwijl de straatkoers ruim 18 is. De kredietwaardigheid van Suriname is recent naar beneden bijgesteld naar ‘restricted default’, ofwel ‘beperkte wanbetaler’, omdat Suriname niet aan de betalingsverplichtingen voor de staatsobligaties kan voldoen. De National Risk Assessment zou naar verluidt tot stevige conclusies hebben geleid. Een openbaar rapport is nog niet beschikbaar. De criminaliteit wordt door de bevolking als hoog ervaren. Een bekende journaliste betichtte het Korps Politie Suriname recent van intimidatie en corruptie. Er is nog veel werk te doen.
Het is begrijpelijk dat veel tijd nodig is om de immense problemen in Suriname op te lossen. Er wordt kennelijk hard gewerkt door Santokhi en zijn ministersploeg, hoewel dat op zich geen garantie is voor succes. Het gaat erom dat de juiste initiatieven en de juiste beslissingen worden genomen. Omdat het veel tijd kost om voor het volk merkbare verbeteringen te realiseren, is het van essentieel belang om het vertrouwen van het volk te behouden. De verkiezingen zijn binnenkort een jaar geleden, maar de koopkracht van de Surinaamse bevolking is er alleen maar op achteruit gegaan. Er wordt gemopperd en om resultaten gevraagd. Om het vertrouwen enigszins te behouden, mag de regering geen fouten meer maken en moet zij goed communiceren over de stand van zaken. Helaas moeten we vaststellen dat ook de nieuwe machthebbers in Suriname, ondanks alle goede bedoelingen, snel in herkenbare fouten vervallen en dat goede communicatie niet de sterkste eigenschap is. De fouten waarin de regering vervalt hebben ertoe geleid dat begrippen als nepotisme, cliëntelisme en narcisme, gemeengoed zijn in Suriname. Voorts menen bewindspersonen dat zij over allerlei ongeschreven privileges beschikken.
Nepotisme is het begunstigen van familieleden of vrienden, door hen in hoge functies te benoemen of opdrachten te gunnen. Zoals een oud-Nederlands spreekwoord luidt: ‘Het bloed kruipt waar het niet gaan kan.’ De president is zich te buiten gegaan aan het benoemen van zijn vrouw op allerlei posities waarvoor zij nooit in aanmerking had mogen komen. Vicepresident Brunswijk maakte het nog veel bonter met een groot aantal ongepaste benoemingen van familieleden. Ondanks de grote schade die dit heeft aangericht voor het vertrouwen in de regering en de overvloed aan kritiek die is geuit op de benoemingen, zijn deze nog steeds niet teruggedraaid. Santokhi en Brunswijk vinden het kennelijk de gewoonste zaak van de wereld, en tonen geen enkele empathie voor de terechte kritiek.
Cliëntelisme is het verlenen van diensten door een bewindspersoon aan een achterban om politieke steun te verkrijgen. Suriname behoort tot de weinig stabiele democratieën waarin dit vaker voorkomt. Daaraan draagt bij dat in Suriname veel ontzag bestaat voor de autoriteiten, wat ten koste kan gaan van het algemeen belang. Een markant voorbeeld hiervan is dat minister Somohardjo van Binnenlandse Zaken, na instemming van de president, heeft besloten om tijdens de gehele vastenmaand Ramadan ambtenaren die vasten om 13.00 uur vrij te geven. Het land zit financieel-economisch aan de grond, maar duizenden ambtenaren mogen tijdens de vastenmaand een deel van de werkdagen thuis zitten. De andere ambtenaren en werknemers worden gediscrimineerd. De Surinaamse regering dweept opzichtig met populistische maatregelen voor religieuze groepen, en begrijpt heel goed dat geloof opium is voor het volk. Het zal de financieel-economische crisis verergeren maar de populariteit van de minister neemt onder de doelgroep toe.
Narcisme is het gedrag van een persoon dat wordt getypeerd door overdreven aandacht voor zichzelf, het eigen belang en gelijk staat voorop, met een dominante attitude, veel ambitie en een gebrek aan empathie voor de omgeving en andere mensen. Deze eigenschappen herkennen veel Surinamers bij de president. Na de glorieuze verkiezingsoverwinning is hij in zichzelf gekeerd, nauwelijks gevoelig voor discussie of kritiek, en bewandelt hij het pad dat hij zelf heeft uitgestippeld. De ruime bevoegdheden van een Surinaamse president en het grote ontzag dat een Surinamer doorgaans heeft voor autoriteiten, strelen zijn ego en versterken het effect, alle goede bedoelingen ten spijt. Suggesties om het anders te doen zijn aan dovenmansoren gericht, ook al komen de opmerkingen uit de eigen vertrouwde politieke kring. Dat leidt tot de nodige ergernissen, de vrees dat de president snel zijn krediet verspeelt en dat het land op een andere coalitie afstevent.
Iedereen die voor het eerst in Suriname komt, verbaast zich erover dat sommige passagiers op luchthaven Zanderij door een ‘bekende’ snel langs de douane worden geleid. Later ontdek je meer zaken die in Suriname met een beetje geld of goede connecties geregeld kunnen worden. Er zijn veel ongeschreven privileges, en een creatieve wijze waarop ‘toppers’ daarmee omgaan of de privileges naar believen zelf creëren. Onder strenge COVID-19-maatregelen, een samenscholingsverbod voor meer dan tien mensen en een verbod op feesten, vierde vicepresident Brunswijk ongegeneerd zijn verjaardag. De COVID-19-maatregelen zouden in acht zijn genomen volgens een getergde Brunswijk, maar videobeelden van het uitbundige feest met een groot aantal feestgangers zonder mondkapje bewezen het tegendeel. Er is veel kritiek op het uitlandig zijn van enkele ministers, terwijl het land zucht onder de strenge COVID-19-maatregelen, een volledige lockdown in het weekend en een verbod op niet-noodzakelijke vliegreizen. Ministers kunnen klaarblijkelijk niet besmetten of besmet raken.
En dan de communicatie. Ik bekeek de berichten van half maart tot half april op de Facebookpagina van de president. Het gaat om brood en spelen. De meeste berichten betroffen de religieuze feestdagen, waar Suriname er door de diversiteit van de bevolking nogal wat van heeft. Navratri, de Ramadan, Pasen, Stille Zaterdag, Holifeest of Phagwa-feest, Holika Dahan, Shab-e-Barat en Palmzondag kwamen in een maand voorbij. Je kunt er maar druk mee zijn. Religie is een geëigend middel om alle groepen binnen de religieuze Surinaamse samenleving aan de overheid te binden, maar het brengt geen brood op de plank. De president, waarschijnlijk zijn team, besteedde ook meerdere keren aandacht aan de deelname van Suriname aan de kwalificatie voor het wereldkampioenschap voetbal. Voorts meldt de tijdlijn bijeenkomsten met grote ondernemingen, ontmoetingen met prominente Surinamers en formele plichtplegingen bij benoeming of afscheid van hoge ambtenaren.
De houdbaarheid van de regering-Santokhi neemt toe wanneer de president, de vicepresident en de ministers zich meer empathisch zouden gedragen. Draai de foute benoemingen van familie en vrienden nu eindelijk eens terug, kom op voor het algemeen belang van het hele volk, houd religie en staat gescheiden, stel de burgers en bedrijven centraal en niet jezelf en neem afscheid van privileges. Het zou een verbetering zijn wanneer de president in de communicatie vooral aandacht geeft aan de financieel-economische ontwikkelingen, zodat het volk een vooruitzicht heeft op wanneer de economie aantrekt en de koopkracht verbetert, als start van de stabilisatiefase.
Gepubliceerd in De West